Wanneer opleiders door afronding van de KOO als opleider gecertificeerd zijn, gelden:
- de CGS-Kaderbesluit-eisen voor herregistratie als opleider;
en indien de SO-opleider zich bij Verenso heeft laten registreren als Kaderarts Opleiden:
- de eisen voor herregistratie uit het ‘Verenso-reglement (her-)registratie specialisten ouderengeneeskunde als kaderarts Opleiden’.
Eisen m.b.t. het didactisch onderwijs aan opleiders zijn daarin geformuleerd.
Beknopt samengevat:
De verworven competenties worden onderhouden en verder ontwikkeld (van niveau ‘knows/shows how naar ‘does’).
De kaderarts heeft daarvoor in de afgelopen vijf jaar deelgenomen aan
- onderwijs inclusief didactische training aan opleiders via het opleidingsinstituut;
- ten minste 20 uur relevante geaccrediteerde nascholing op het terrein van opleiden; en
- ten minste 20* uur structurele begeleide geaccrediteerde intervisie voor opleiders.
* Alléén kaderartsen die in meerdere Verenso-registers als kaderartsen geregistreerd zijn, mogen per specialisatie minimaal 12 uur geaccrediteerde intervisie volgen naast minimaal 20 uur relevante geaccrediteerde nascholing.
Aan deze herregistratie-eisen kan worden voldaan door middel van een zogenoemd LevenLangLeren-traject, waarin aandacht is voor:
- onderhoud van (een deel van) de opleidersvaardigheden;
- verdieping en verbreding van de opleidersvaardigheden;
- intervisie.
LevenLangLeren-activiteiten worden aangeboden door:
- SOON, in de vorm van de zogenoemde ‘3L’-bijeenkomsten;
- de opleidingsinstituten, in de vorm van opleiders-afstemmingsdagen;
- overige organisaties (zie tab ‘aanbevolen bij-/nascholing’).